Voorkom verdrinking

Spelen in en om het water is heerlijk. Vooral met warm weer is niets fijner dan te ontspannen bij zwembad, zee of bij het badje in de tuin. Helaas gebeuren rond het water nog steeds ongelukken. Met simpele voorzorgsmaatregelen en alertheid kunnen veel verdrinkingen voorkomen worden.

water

Water rondom huis

recreatief zwemmen

Recreatief zwemmen

voorkom verdrinking

Hulpmiddelen bij zwemmen

Vooral kinderen in de leeftijd tussen 0 en 4 jaar, en dan met name de kinderen van 1 jaar, belanden relatief vaak in het ziekenhuis naar aanleiding van een verdrinking ten opzichte van andere leeftijdsgroepen.  Uit onderzoek blijkt ook dat kinderen met een niet-westerse migratie-achtergrond een groter risico lopen als het om verdrinkingen gaat.

Risicogroepen verdrinking

Uit de onderzoekscijfers zijn drie risicogroepen te herleiden. Kinderen van 0 t/m 4 jaar oud, kinderen van 4 t/m 12 jaar oud en (jonge) nieuwkomers. Bij hen vinden de meeste ongevallen plaats.

Verdrinking bij kinderen 0-4 jaar

Voor jonge kinderen tot vier jaar oud is verdrinking de belangrijkste oorzaak voor dodelijke ongevallen. Bij deze groep kinderen is het van belang te voorkomen dat zij onbedoeld in het water terechtkomen. Deze kinderen kunnen namelijk niet zelfstandig uit het water komen. Kinderen tot 4 jaar spelen in de directe omgeving van hun eigen huis of het huis waar ze op bezoek zijn. Het is belangrijk prioriteit te geven aan deze groep als het oppervlaktewater binnen een straat van 100 meter van woonhuizen ligt.

Andere redenen om extra aandacht te besteden aan deze groep zijn:

  • Hier vallen de meeste slachtoffers en ze kunnen ook in erg ondiep water verdrinken. Dit heeft te maken met de ontwikkelingsfase waarin ze dan verkeren en waarbij alles in de omgeving wordt onderzocht zonder dat deze kinderen de gevaren hiervan in kunnen zien. Hun motorische vaardigheden zijn vaak nog slecht ontwikkeld waardoor ze zich bijvoorbeeld minder goed kunnen inhouden wanneer ze van een talud naar beneden rennen;
  • Men kan bij deze groep kinderen de veiligheid slecht beïnvloeden door gedragsverandering. Waarschuwen voor de gevaren van water heeft nog weinig zin, omdat ze die nog niet inzien en onthouden, laat staan dat ze het toepassen wanneer bijvoorbeeld een bal in het water rolt;
  • Het is nog relatief makkelijk te voorkomen dat deze kinderen ongewild in het water terechtkomen. Deze jonge kinderen zijn vaak nog onder begeleiding van hun ouders en hebben nog niet zo’n grote actieradius. Daarnaast kunnen deze kinderen nog niet zo goed klimmen. Goed gekozen afscheidingen kunnen deze kinderen tegenhouden.
 

Verdrinking bij kinderen 4-12 jaar

 
Kinderen tussen 4 en 12 jaar oud hebben een beter idee van de gevaren van water. Vaak hebben ze leren zwemmen of weten ze van school of van hun ouders dat water gevaarlijk kan zijn. Bij het beveiligen van oppervlaktewater hoeft de nadruk niet zo zeer te liggen op het voorkomen dat ze op de een of andere wijze bij de waterkant kunnen komen, dit zou gezien hun actieradius (fiets!) en hun motorische vaardigheden (klimmen) ook zeer moeilijk zijn. Als deze kinderen graag bij het water willen komen, zal hen dat uiteindelijk altijd lukken.

Bij deze groep kinderen moeten we voorkomen dat ze ongewild in het water terecht komen, bijvoorbeeld bij scherpe bochten in paden. Ook moeten ze in staat worden gesteld om zelfstandig uit het water te komen. Dit laatste uitgangspunt stelt bijvoorbeeld eisen aan de diepte van het water langs de rand, en aan het hoogteverschil tussen water en land.

 

 

Verdrinking bij (jonge) nieuwkomers

Nederlanders met een migratieachtergrond zijn vaker slachtoffer van verdrinking dan autochtone Nederlanders . Bij de 5- tot en met 9-jarigen is het verschil met kinderen met een Nederlandse achtergrond het grootst. Deze (jonge) nieuwkomers en hun ouders, hebben minder kennis over de risico’s van water. Zij zijn over het algemeen minder opgegroeid met informatie over water dan kinderen die geboren zijn in Nederland. Hierdoor onderschatten zij vaak  de gevaren van water en overschatten hun eigen zwemvaardigheid.

Verkenning zwemveiligheid
VeiligheidNL heeft in opdracht van het kennisdelingsprogramma statushouders een verkenning uitgevoerd over zwemveiligheid bij jonge nieuwkomers. Uit de verkenning lijkt het erop dat jonge nieuwkomers zich niet bewust zijn van de risico’s van (zwem)water in Nederland en het belang van bepaalde zwemvaardigheden. Jonge nieuwkomers gaven in gesprekken herhaaldelijk aan dat ´als zij met anderen zijn, het veilig is om te zwemmen´. Men gaf aan dat ´er altijd op je wordt gelet´. In Nederland kan je er niet vanuit gaan dat anderen op je letten. Daarnaast realiseren Nederlanders zich meestal niet dat jonge nieuwkomers vaak onvoldoende zwemvaardig zijn en nodigen hen uit voor een zwemfeestje of om samen te gaan zwemmen in een rivier, recreatieplas of zwembad.

Bij deze groep is het belangrijk om ze voorlichting te geven over zwemveiligheid. Ook is het belangrijk dat ouders informatie krijgen over het belang van zwemles en wat zwemles inhoudt in Nederland.

Zwemveiligheid tips

  • Zorg dat je je kind altijd kan zien
  • Blijf bij kleine kinderen (<3 jaar) zo dichtbij dat je ze kan aanraken
  • Als er meerdere volwassen zijn, spreek dan goed af wie er op je kind let. Ga er nooit zomaar vanuit dat iemand anders wel even oplet.
  • Laat je niet afleiden (door bijvoorbeeld je telefoon, tablet of boek)
  • Zorg dat je kind zwembandjes om heeft (als het nog niet kan zwemmen) en op de boot een reddingsvest
  • Denk eraan dat aan het begin van een zomer seizoen natuurlijk zwemwater nog erg koud kan zijn. Onderkoeling is dan een risico.
  • Let op! Doe je kind geen zwemvleugels om in zee bij aflandige wind (wind die richting de zee staat) of in open water met stroming of harde wind.

Bovenstaande tips gelden natuurlijk niet alleen op het strand of in het zwembad. Maar ook voor het opblaasbadje in de tuin. Kinderen kunnen al verdrinken in een laagje water van 10 centimeter.